Cataract of staar is een vertroebeling van de ooglens. Een ooglens is normaal doorzichtig en helder, waardoor u scherp ziet. Cataract maakt de lens echter langzaam troebel. Daardoor bereiken lichtstralen minder goed de binnenkant van het oog (het netvlies), met wazig zicht tot gevolg.
Bijziendheid is de afwijking van het gezichtsvermogen die het meest voorkomt. Bijna de helft van de wereldbevolking is – in meerdere of mindere mate – bijziend. Bij mensen die bijziend zijn, is het oog te lang in verhouding tot zijn brekingsvermogen. Bij mensen die verziend zijn, is het oog te kort in verhouding tot zijn brekingsvermogen. Lichtstralen worden door het hoornvlies en de lens zodanig gebroken dat het brandpunt achter het netvlies ligt. Daardoor ontstaat een wazig beeld op het netvlies: de stralen zijn immers nog niet gefocust wanneer ze het netvlies raken.
De huid en het onderhuidse binnenweefsel van een bovenooglid verliest met de jaren zijn elasticiteit. Zo ontstaat boven het oog een teveel aan huid, of zogenaamde hangende ogen. Vaak verslapt ook de huid op het voorhoofd en zakken de wenkbrauwen.
Bij een ooglidcorrectie wordt het teveel aan huid chirurgisch verwijderd. Eventueel wordt ook overtollig vet verwijderd. Wat en hoeveel er verdwijnt, is per patiënt en per ooglid telkens verschillend.
Scheelzien of strabisme is een afwijking waarbij de ogen niet op één punt gericht staan. Hierdoor worden met beide ogen verschillende beelden. Scheelzien ontstaat vaak op kinderleeftijd, maar kan ook bij volwassenen optreden.
Met medische retina worden alle netvliesaandoeningen bedoeld waarvoor over het algemeen geen operatieve ingreep nodig is. Het gaat hier bijvoorbeeld over leeftijdsgebonden macula-degeneratie, netvliesaantasting door suikerziekte, uveïtis (ontsteking binnen in het oog), …
Een ‘lui oog’ of amblyopie is een slecht gezichtsvermogen in één oog (of soms beide ogen). Dit ontstaat doordat een oog zich in de vroege kinderjaren niet optimaal heeft kunnen ontwikkelen. De meest voorkomende oorzaken hiervan zijn niet gecorrigeerde brilafwijkingen of scheelkijken. Omdat amblyopie alleen maar met succes behandeld kan worden gedurende de kinderjaren is het heel belangrijk dat deze afwijking vroeg wordt ontdekt. Om deze reden gebeurt er een onderzoek bij Kind en Gezin op de leeftijd van 1 en 2 jaar dat risicofactoren voor amblyopie opspoort. Vanaf de schoolgaande leeftijd gebeuren er controles van het zicht door het CLB. Bij afwijkingen of twijfel verwijzen zij u door naar de oogarts.
Als de rand van het onderooglid naar buiten draait, en zo een rode rand toont, spreken we van ectropion. Naast esthetische bezwaren kan de aandoening ook irritatie en een tranend oog veroorzaken. Ectropion treedt meestal op door het verouderen en verslappen van de huid. Ook huidziektes of littekens kunnen dit ongemak veroorzaken.
Glaucoom of groene staar is een oogaandoening die schade veroorzaakt aan de oogzenuw. Deze schade ontstaat door een te hoge oogdruk.
Een entropion is een onderooglid dat naar binnen draait. De onderste wimpers rollen met het ooglid mee naar binnen en schuren tegen het hoornvlies van het oog. Soms is een entropion niet continu, maar enkel bij het dichtknijpen van de oogleden. De oorzaken variëren: ouder worden, littekens, krampachtig knijpen met de ogen.
Heel wat mensen hebben bij het ouder worden last van wallen of hangende ogen omdat de huid zijn elasticiteit verliest. Vaak verslapt ook het onderhuidse bindweefsel met plaatselijke ooglidzwelling of wallen tot gevolg.
Bij een ooglidcorrectie wordt het teveel aan huid en onderliggend vet chirurgisch verwijderd. Als ook het onderooglid zelf slap is, wordt deze aan de zijkant ingekort en opnieuw vastgemaakt. Wat en hoeveel er verdwijnt, is per patiënt en per ooglid telkens verschillend.
Naast de netvliesaandoeningen die behandeld worden door middel van intravitreale injecties en laserbehandelingen, zijn er ook aandoeningen die een heelkundige aanpak vereisen. Het gaat onder meer over netvliesloslatingen, epiretinale membranen, maculagaten en glasvochttroebelingen.